Nieuws

AD SPORT / Peter Lotman - Net als bij de andere zaalsporten wordt er ook binnen de handbalbond druk overleg gepleegd over de herstart van de competitie. Bij de drie regioclubs in de eredivisie, Quintus, Hellas en WHC/Hercules, bestaan er vooral bezwaren vanwege de hoge testkosten van 6000/7000 euro. De coaches hebben echter ook morele bezwaren.

Maarten Roestenburg (Hellas):

“Om op dit moment te denken aan het opstarten van de competitie lijkt mij veel te voorbarig. Het is in mijn ogen geen prioriteit en ook niet verantwoord. Er zijn belangrijkere zaken die aandacht verdienen. De sporthallen zijn nog dicht. De grote vraag is hoe het met de inentingen verloopt en met de besmettingsgraad. Pas als die naar beneden gaat, kun je nadenken over het opstarten van de sport. Dan kunnen we weer trainen en daarna pas denken aan het spelen van wedstrijden. De kosten van twee keer per week testen zijn voor een amateurclub hoog. 95 procent van de clubs kan en wil dat niet betalen. Er zijn geen inkomsten op welk vlak dan ook, maar wel onverwachte hoge extra uitgaven. Niemand weet hoe het de komende tijd gaat aflopen, dus is het niet verstandig om daarin geld te steken. Dit voorjaar rustig aan met de trainingen beginnen en de competitie pas volgend seizoen opnieuw starten, is mijn idee. Op die manier kunnen de clubs misschien nog hun hoofd boven water houden, als ze nu al niet omvallen.”

Bart de Koning (WHC/Hercules):

“Als het verantwoord kan en wij aan alle voorwaarden kunnen voldoen, hopen wij zo spoedig mogelijk weer lekker te kunnen gaan handballen. Wij snakken naar een herstart van de trainingen en de wedstrijden. Het probleem is, dat twee keer testen per week met de hele groep op de wedstrijddag en op dinsdag/woensdag organisatorisch en financieel een grote uitdaging is voor de club. De meeste eredivisieclubs hebben vorige maand al aangegeven dat zij niet aan die voorwaarde kunnen of willen voldoen. Zo staan wij er voorlopig ook in. Ook door de spelers zelf wordt het twee keer testen per week ervaren als een te hoge prijs om onder de huidige Corona-omstandigheden te kunnen sporten. De onzekerheden die er nog steeds zijn, vormen een te groot bezwaar. Ook werkgevers hebben er moeite mee, dat jongens in bijvoorbeeld dienstverlenende beroepen nu gaan sporten.”

Geert Hinskens (Quintus):

“Vooral financieel is het voor bijna alle eredivisieclubs een lastige situatie. Helemaal voor een club als Quintus, die een vrouwen- en mannenteam in de eredivisie heeft. Hervatten van de competitie zou pas kunnen als de bezetting van de ziekenhuizen onder controle is. De grote vraag is of dat dit seizoen nog gaat lukken. Als dat in het gunstigste geval in april/mei lukt, staan wij nog steeds open voor bijvoorbeeld het spelen van een halve competitie of een andere aangepaste opzet. Tot die tijd afwachten en proberen creatief te zijn met de mogelijkheden om te trainen. En misschien zelfs met testen als er financiële ruimte beschikbaar komt. Die kans lijkt ons echter heel klein.”