Nieuws

Een kijkje in de scheidsrechterskeuken….

Van de Redactie – Het ene seizoen is, al dan niet vervroegd, nog niet voorbij of de voorbereidingen voor de komende competitie lopen al weer op volle toeren. Teams moeten worden aangemeld, clubs moeten aan de slag om de haluren te reserveren. Maar ook de scheidsrechters moeten in kaart worden gebracht: wie is er wel nog genegen om de fluit komend seizoen te hanteren en wie houdt het voor gezien? Wil je koppel fluiten? Vroeger moest je aan een aantal voorwaarden voldoen, nu ligt het iets makkelijker.

Wie reist er nog als rapporteur naar de sporthal? Wie wil er nog kris kras door het land reizen om ‘ergens een wedstrijdje op niveau te gaan fluiten? Het aantal teams wordt zichtbaar minder, dus worden reisafstanden voor zowel clubs als arbiters verhoudingsgewijs erg groot. Met jeugdploegen uit bijvoorbeeld Bocholtz een wedstrijdje in Venlo spelen behoort nu tot de mogelijkheden daar waar 20, 25 jaar geleden nog ‘om de hoek’ gespeeld werd.

                                       

In de lagere klassen is het al jaren elk weekeinde improviseren geblazen: de thuisclub wijst een eigen arbiter aan die, in de meeste gevallen, ook nog voor een tweede wedstrijd wat verder de regio in dient te reizen. Bij de jeugdwedstrijden zet de club eigen leden in die, al dan niet onder begeleiding, moeten proberen de jongste handballertjes te begeleiden binnen de spelregels die ze mogelijk zelf niet altijd beheersen. Vanaf de A-jeugd geldt een verplicht ‘brevet’ om überhaupt zelf te kunnen spelen en dus ook te mogen fluiten. Een aantal spelregelvragen online beantwoorden en je bent er al! Gelukkig zijn er ook clubs die werk maken van hun clubscheidsrechters en hun daarbij op alle mogelijke manieren ondersteunen om maar vooral niet te stoppen met arbitreren.  

Leeftijd

Dan zijn er nog scheidsrechters die hun plicht niet willen verzaken en bijna elk weekeinde vijf, zes wedstrijden fluiten, inclusief de wedstrijden bij de jeugd van de eigen club. Zeg maar, de ‘gekken van elke club die nooit nee zullen zeggen als hun iets wordt gevraagd’.

Daarnaast speelt ook leeftijd een belangrijke rol: niemand kijkt meer vreemd op als bij een wedstrijd arbiters van 70 jaar en ouder het veld betreden. Zij gaan nog elke week een – en sommigen zelfs tweemaal – op pad om ‘hun ding te doen’. Sommigen zijn al 40 of zelfs 50 jaar arbiter. Respect voor deze uitstervende groep fanatiekelingen! Beschikte een voormalige afdeling bijvoorbeeld 25, 30 jaar geleden nog over ruim 200 inzetbare scheidsrechters voor de competitie, anno 2020 lijkt het een kwestie van tijd te worden dat binnen niet al te lange tijd wedstrijden alleen nog door arbiters van de thuisploeg worden geleid op misschien wel tweede divisieniveau en dus ook lager. In diezelfde afdeling waren 25 rapporteurs beschikbaar om jongere gasten die voor of na hun eigen wedstrijd moesten aantreden, te begeleiden. En het werkte! Toen!

                                            

Scheidsrechters opleiden, dat doet het NHV met regelmaat. Maar ook hier stokt de animo. Of deze nieuwelingen op termijn ook nog inzetbaar zijn? Fluiten zij over pakweg drie, vier jaar nog wel? Stoppen ze vanwege aanhoudende kritiek? Zijn de vergoedingen te laag? Het vroegtijdig de brui eraan geven is een alom bekend probleem. Dat hoeft niet meer te worden onderzocht. Inzetten op een goede en standvastige begeleiding moet het plezier voor het fluiten terug brengen.  

Hoe zit de opleiding nu grosso modo in elkaar?

Er zijn drie groepen ‘landelijke scheidsrechters’ t.w.

  1. A-groep, inzetbaar op BENE-League- en eredivisieniveau
  2. B-groep, inzetbaar op dames eredivisie en top eerste divisie heren
  3. C-groep, inzetbaar in de totale eerste divisie.

Dan is er een tweede opleidingsgroep, bestaande uit:

  1. groep die opgeleid wordt voor promotie naar A-groep
  2. groep - ook wel kweekvijver genoemd - die opgeleid wordt voor de B-groep. Dat zijn meestal jonge ambitieuze scheidsrechters.

Aan het begin van het seizoen is er een bijeenkomst, hier worden o.a. de nieuwe richtlijnen gepresenteerd, de laatste puntjes op de i gezet. Ook worden de scheidsrechters fysiek getest (shuttle run) en wordt er een spelregeltest afgenomen. Hun resultaten zijn van invloed op de verdere groepsindeling.

De algemene IHF-spelregeltest voor scheidsrechters is te vinden op:

https://www.handbal.nl/spelregelvragen-ihf/

Tijdens de competitie komt de A- en B-groep (opleidingsgroep) regelmatig bij elkaar. Tijdens die bijeenkomsten wordt – globaal - aandacht besteed aan o.a. situaties uit de eigen competitie (video), de scheidsrechtersvisie, de spelregels. Dit alles wordt vooraf gegaan door een fysieke training. Ook wordt er minimaal één specifiek onderwerp behandeld, vaak door een gastspreker.

De handbalvisie is te vinden op:

https://www.handbal.nl/scheidsrechtersvisie/

De kweekvijver groep komt ook vrij regelmatig bij elkaar. De meeste bijeenkomsten hebben als doel om deze nieuwe groep jonge scheidsrechters om te laten gaan met de landelijke groepen, eenduidigheid en de scheidsrechtersvisie en de kennis van de spelregels actueel te houden. Denk hier aan bepaalde spelconcepten.

Maar er zijn ook knelpunten die het NHV in beeld heeft gebracht.

  • Er is een groot tekort aan landelijke scheidsrechters. De belangstelling voor doorstroming is minimaal. Afgelopen seizoenen zijn weinig opleidingen geweest (door een andere werkgroep binnen het NHV). Uitbreiding van de competities heeft  hier ook geen positieve bijdrage aan geleverd. Voorbeeld: de onderkant van de eerste divisie zal komend seizoen vaak geleid moeten worden door regionale scheidsrechters.

           

  • Tijdens BENE-League-wedstrijden is er een waarnemer, het verlengstuk van de scheidsrechters. Waarnemers hebben ook bevoegdheden binnen het wisselzonegebied. Voor komend seizoen zijn drie officials er niet meer bij: Arjan Schneiders, Rob Schneider en Jaap van der Pijll. Werkomstandigheden of verder gaan als trainer/coach, geen zin meer, het zijn ook de meest gehoorde redenen voor anderen om te stoppen. Hierdoor bestaat de kans dat dan niet bij elke wedstrijd een waarnemer aanwezig kan zijn.
  • Ook binnen de rapportagegroep, die scheidsrechters in de B/C groep beoordelen, neemt de belangstelling af. Hier dus ook een gebrek aan opleidingen.

Mogelijk heeft hier, indirect, de coronacrisis een extra duit in het zakje gedaan: een andere invulling van de vrije tijd en het al jaren in de weer zijn met deze taken zal zeker bij de ‘afvallers’ op alle onderdelen meegespeeld hebben.

Feit blijft dat de klok rap richting vijf voor twaalf tikt......

cover De broers Geraets, bij EK U19 in 2019

foto archief HSP / EHF

Deel dit bericht