Nieuws

Op 30 maart 1979 raakte wereldkampioen handbal Joachim Deckarm 131 dagen in coma na een botsing op het veld in het Hongaarse Tatabanya. De handbalwereld stond even stil. Hij vocht zich dapper een weg terug naar het leven.

Joachim "Jo" Deckarm wordt elke dag aan zijn tragedie herinnerd - ook op 30 maart, de verjaardag van een gebeurtenis die zijn leven in één klap voor altijd veranderde. Aan de muur van zijn kamer in het Evangelisches Seniorenzentrum in Gummersbach hangt een vaantje van de club Banyasz Tatabanya uit Hongarije.

NOODLOTTIG

De carrière van een van 's werelds beste handballers eindigde tragisch op 30 maart 1979 in de halve finale van de Europa Cup Winners' Cup. Deckarm, in zijn VfL Gummersbach-shirt, kwam in botsing met Lajos Panovics en stootte ongecontroleerd met zijn hoofd op de betonnen vloer, die slechts bedekt was met een dunne laag PVC. Deckarm raakte 131 dagen in coma.

"Na de wedstrijd zaten we allemaal in de kleedkamer en huilden omdat we dachten dat Jo dood was", zei Heiner Brand. Het was niet zo erg, maar Deckarm was vanaf dat moment overgeleverd aan artsen en verplegers. De 1,94 m lange kolos moest alles opnieuw leren: eten, spreken, lopen.

Met enige regelmaat komt hij, onder begeleiding, in de Schwalbe Arena, de thuishaven van ‘zijn’ VfL Gummersbach. Zeker komende zondag, als de roemruchte Duitse handbalploeg het opneemt tegen THW Kiel, is er een plekje aan de rand van het speelveld gereserveerd.

Deckarm is na 44 jaar nog niet vergeten.

cover 2014: Heiner Brand (links) en Joachim Deckarm: handbalkampioenen en vrienden voor het leven

foto Michael Heuberger