Terug in de tijd ……1989….Monique Tijsterman
We lezen mee…..
Door Henk van der Sluis – Vol ongeduld kijkt Monique Tijsterman uit naar de start van de nieuwe competitie. Het 20-jarige Amsterdamse talent bruist van energie. Maandenlang moest ze met een zware knieblessure toekijken. Ze kan nuchter, zonder emotie over die moeilijke periode praten, maar natuurlijk was de verbanning naar de tribune voor haar een kwelling. “Er zijn momenten geweest dat ik zo het veld in wilde lopen.” De concurrentie is gewaarschuwd: het kanon van Aalsmeer is terug en ambitieuzer dan ooit.
Ze was na drie competitieduels met 23 doelpunten topscorer van de eredivisie toen het noodlot op een herfstachtige vrijdagavond in Hasselt meedogenloos liet struikelen. Nederland oefende in de aanloop naar het ‘C-WK’ tegen België. In een flitsende beweging rende ze met de bal als een jojo aan haar handen op het doel af. Ze wilde met een schijnbeweging langs de keepster glippen maar botste tegen een menselijke muur. “Het eerste wat ik dacht, was: Dag, WK! Ik was door mijn rechter knie gegaan en kon niet meer opstaan. Het was een dag die ze nooit meer zou vergeten: 14 oktober 1988. “Mijn been werd gespalkt en Simone van Putten, de arts die mee was, heeft stad en land afgebeld om ervoor te zorgen dat ik meteen geopereerd kon worden. ’s Maandags kon ik al terecht in een ziekenhuis. Op dinsdag werd er tijdens een kijkoperatie een stukje meniscus weggehaald en vastgesteld dat de voorste kruisband en de mediale band van de knie waren gescheurd. Donderdags ben ik geopereerd.”
Vechtlust
Ze schrok, geeft ze toe, toen de artsen haar meedeelden dat het herstel acht maanden tot een jaar zou vergen. “Ik baalde enorm, want ik miste het WK, maar ik ben niet bij de pakken gaan neerzitten. Ik heb ook geen moment gedacht dat ik nooit meer zou kunnen handballen. Ik heb keihard gewerkt om terug te komen.”
Haar karakteristieke vechtlust en doorzettingsvermogen, die tijdens wedstrijden zo van haar worden gewaardeerd, kwamen haar ook buiten het veld goed van pas. “Ik heb er alles aan gedaan om snel hersteld te zijn, want ik wist dat in juni de voorrondewedstrijden van Jong Oranje op het programma stonden. Daar heb ik bewust naar toe gewerkt.” Vijf weken liep ze op krukken, met scharnier-gips. Daarna werd haar een brace aangemeten. In juli werd de schroef verwijderd die operatief in haar knie was geplaatst. Tegelijkertijd werd ze verlost van de laatste vijf hechtingen. Maar toen had ze inmiddels al weer twee wedstrijden achter de rug…..
“Ik heb veel aan krachttraining gedaan en ben uitstekend fysiotherapeutisch behandeld door Pieter Offerman. Met hem had ik gewed dat ik op tijd fit zou zijn om de kwalificatiewedstrijden te kunnen spelen. Die weddenschap heb ik gewonnen. Op 10 juni speelde ik mijn eerste wedstrijd, in Aalsmeer met Jong Oranje tegen Oostenrijk. Mijn schot was nog niet vlammend, maar verder voelde ik me als vanouds. Angst om opnieuw door mijn knie te gaan, had ik niet. Als je bang bent, krijg je juist ongelukken.” Die succesvolle rentree vierde ze zeven maanden en zeventig dagen nadat ze op onfortuinlijke wijze door de knieën was gegaan. Hoewel ze al haar energie niet kwijt kon, was het een periode waarin ze allesbehalve stilzat.
In Maastricht speelde Monique Tijsterman tegen Mosam, foto HANDBAL
“Zodra het enigszins kon, ben ik een beetje gaan trainen bij Aalsmeer. Ik heb veel steun gehad van de teambegeleider. Later, toen ik al wat meer mocht doen, paste hij zelfs af en toe de training op mij aan.” En elke zondag ging ze mee met haar club. Ze wilde er bij blijven horen. Ook bij Jong Oranje dat ze met haar ouders nareisde naar een trainingskamp in het buitenland. Ook al ze niet kon trainen en spelen, wilde ze de sfeer niet missen. De dag dat ze uit het ziekenhuis kwam, stapte ze ook direct in een supportersbus naar het WK om de finaledag mee te beleven.
Handbalvuur
Ze lijkt ingetogen maar inwendig brandt het ‘eeuwige handbalvuur’. Kennelijk heeft ze de fakkel overgenomen van haar ouders die ooit een belangrijke rol speelden bij de handbalafdeling van SNA. Echte verenigingsmensen. Moeder speelde in de veteranen, hielp in de kantine en was bestuurslid. Vader trainde en stond in regenachtige tijden zo nodig voor dag en dauw op om het water van de velden te verjagen.
Zeven jaar was Monique Tijsterman nog maar toen ze bij SNA voor het eerst een balletje gooide. Een ukkie, die destijds reglementair niet eens als spelend lid ingeschreven had mogen worden. “Ach,” zegt haar moeder vergoelijkend, “ik was secretaresse van de handbalafdeling en als er te weinig speelsters waren smokkelde je wel eens met de leeftijd. Vandaar.”
Een talent was ze, bleek snel. Toen ze elf, twaalf was wilde Monique hogerop. Het werd Ookmeer waar Frans van Iersel haar met zijn kennersoog voor aanleg en karakter na de eerse de beste wedstrijd van de A-aspiranten overhevelde naar de junioren. Op 17-jarige leeftijd liet de trainer Tijsterman debuteren in het topteam. Prachtig was het om te zien hoe ze in het Europa Cup-toernooi met de mentaliteit van een ervaren professional het ijzersterke Dynamo Kiev onbevangen tegemoet trad.
Ze was er toen al overheen dat ze door haar lichaamsbouw ooit met een scheef oog werd bekeken. “Dat was vervelend,” herinnert haar moeder zich. “Het was niet prettig als er opmerkingen werden gemaakt over bodybuilding. Monique is geen beauty, maar die aanmerkingen op haar figuur sloegen nergens op.” Monique haalde haar schouders op: “Ach, als je eenmaal in Jong Oranje speelt en wordt uitgenodigd voor het Nederlands Team, gaan de mensen je met heel andere ogen bekijken.”
Waardering
Door Ton van Linder wordt ze gewaardeerd. De bondscoach van de vrouwen ziet in Tijsterman zelfs de mogelijk opvolgster van Hanneke van Eijl. “Toen ik dat las, was ik trots, maar ik weet dat ik nog veel kan leren. Schieten, de break, acties uit de tweede lijn en het verdedigen gaan me goed af maar mijn passeerbeweging kan beter en ik zou tijdens de wedstrijd wat vrolijker kunnen kijken,” grinnikt ze. Sterallures heeft ze niet. Dat mag zo blijven, maar misschien is het voor ons team goed als ze zich af en toe nadrukkelijker op de voorgrond plaatst. Sterren hoeven in het veld tenslotte niet bescheiden te zijn. Hanneke van Eijl was haar grote voorbeeld. “Als het maar even kan, ging ik vroeger naar het eerste van Ookmeer kijken. En dan genoot ik van het grote spelinzicht van Hanneke. Ik wilde net zo goed worden als zij.”
'Jonkie' Monique Tijsterman in 1987, foto HANDBAL
Nu staat ze zelf in de belangstelling. Tijdens een stage in Hongarije die haar vorig jaar was toebedeeld door het Leo van der Kar-fonds, viel haar talent ogenblikkelijk op. “Via Ton van Linder hoorde ik dat ik daar wel kon blijven. Ik had geen interesse omdat ik eerst mijn MEAO-opleiding wilde afmaken. In de toekomst sluit ik niks uit. Het lijkt me leuk om ooit in het buitenland bij een goede club te handballen.”
Voorlopig wil ze het hoogste bereiken met Aalsmeer. “Het bevalt me prima bij de club. Ik koos vorig jaar voor Aalsmeer, omdat Frans van Iersel er trainer is. Hij kan je als geen andere coach motiveren. Het publiek in Aalsmeer is enthousiast en eerlijk. Als hen iets niet bevalt, zeggen ze het ronduit.” Vader Tijsterman vult aan: “Toen ze uit het ziekenhuis kwam is er door tientallen Aalsmeerders belangstellend geïnformeerd hoe het met Monique ging. Dat had ik niet verwacht.”
De linker opbouwspeelster die ooit zo hard gooide dat de tegenover haar staande keepster knock-out ging, verwacht veel van het komende seizoen met Aalsmeer. “Met Diana Mouton, Georgina van Iersel en mijzelf hebben we een goede opbouwrij. We beschikken over een goed team. Ik denk dat we hoog eindigen. Ik kon ook bij andere clubs terecht maar zo lang ik mijn rijbewijs nog niet heb, wil ik niet zo veel reizen. Mijn ouders brengen me nu naar trainingen en wedstrijden. Ik bekijk het van jaar tot jaar. Bij Aalsmeer heb ik het naar mijn zin en zijn de sportieve mogelijkheden groot. Ik wil met Aalsmeer landskampioen worden en de beker winnen. Verder wil ik graag eens een wereldkampioenschap meemaken. En later zou ik ook nog wel eens in het buitenland willen handballen.”
cover Monique Tijsterman, als coach van de vrouwenploeg van Dalfsen
foto archief HSP / Hans Khoe