Drie trainers over het onderbreken van de handbalcompetitie
AD SPORT / Peter Lotman - Handbal was de eerste binnensport die op 12 september startte met de competitie. En was de eerste die (gedeeltelijk) werd stilgelegd ondanks alle noodzakelijke voorzorgsmaatregelen.
Op 3 oktober moest een deel van de wedstrijden in de eredivisie vanwege corona al worden afgelast; daarna volgden weekeinden waarin alle wedstrijden van het programma verdwenen.
Bart de Koning
Bart de Koning, trainer/coach van eredivisieclub WHC/Hercules, vindt de maatregel logisch. “Het voelde niet meer veilig om het land door te reizen. Wij zijn steeds streng voor onszelf geweest en met een dosis geluk is niemand positief getest. We waren er eerst van overtuigd dat het veilig was, maar jongens in de zorg, in het onderwijs, bij de politie en in andere verantwoordelijke beroepen kregen het niet meer uitgelegd dat ze het risico opzochten. Dan is met de oplopende cijfers stoppen het beste.”
De Koning: “Afwachten of we in januari de competitie kunnen opstarten. Tot die tijd moeten wij als handballers ook onze verantwoordelijkheid nemen in het totale plaatje.”
Maarten Roestenburg, oefenmeester van Hellas, werd zelf al snel geveld door het virus. Hij is na weken aan de beterende hand, maar verklaart: “Je kon er op wachten. Het was een kwestie van tijd. Vreselijk jammer dat handbal ook is getroffen, maar als contactsport is het risico te groot. We moeten op een andere manier proberen in conditie te blijven tot het moment dat het binnensporten weer kan.”
Maarten Roestenburg
Ook Quintus-coach Jack van Lier vindt het stopzetten van competitiehandbal onvermijdelijk.
“Het is heel jammer, maar het is onvermijdelijk als je kijkt naar het oplopende aantal besmettingen. Spelers studeren of hebben een baan. Dan kun je niet het risico lopen om het virus te krijgen door een handbalwedstrijd. Aan de andere kant is het ook zo, dat wij in al die tijd dat we getraind en gespeeld hebben geen besmettingen hebben kunnen herleiden. Het nu stopzetten van het handbal en de andere sporten is dus geen garantie.”
Jack van Lier
Van Lier: “We moeten ook de positieve punten naar voren brengen. Wij hadden bij Quintus strenge voorschriften en die werden nageleefd. Er was één besmetting en die was elders opgelopen. Ik hoopte, dat alleen de competitie geschrapt zou worden en dat we wel konden blijven trainen uit gezondheidsoverwegingen. De sportscholen mogen openblijven, dus we moeten bekijken of we individueel krachttraining kunnen aanbieden. Als realist snap je dat het noodzakelijk is, maar ontspanning in deze zware coronatijden is toch ook heel belangrijk.”