Nieuws

Handbalsport heeft Guus Cantelberg geen windeieren gelegd

“Ik heb niet al teveel domme dingen gedaan”

Door Frits Feuler – Hij stond destijds, in 1997, mede aan de wieg van de fusiebesprekingen tussen de twee Beekse handbalclubs Blauw Wit en Caesar. Guus Cantelberg, gepokt en gemazeld in het tophandbal, voorzag toen al dat er geen plek was voor twee topclubs in een kleine gemeenschap. De koppen werden bij elkaar gestoken, de nieuwe naam BFC – Beeker Fusie Club – was geboren.

Nu, 20 jaar later, blikt hij terug op die ommezwaai in het Beekse handballeven. “Dat ik na die fusie gestopt ben in het handbal, had daar niks mee te maken,” opent hij in zijn riante kantoor bij DATA4, pal naast de start- en landingsbaan op Maastricht-Aachen Airport. “De fusie was goed voorbereid, er was geen alternatief. Achteraf kun je zeggen dat we samen toen de juiste keuzes hebben gemaakt.” Bijna twee jaar bleef hij nog als technisch directeur aan BFC verbonden. “Als een club niet meer weet wat ze met je moeten, word je technisch directeur,” glimlacht hij fijntjes.

De staat van dienst in het handbal van de nog immer gedreven Cantelberg – in oktober wordt hij 79 – is groot. Als speler bij Sittardia een mooie carrière, later als trainer eveneens succesvol. Eerst bij zijn grote liefde Sittardia, vervolgens de overstap naar Blauw Wit. Ook in Hasselt ging hij aan de slag, met een landstitel op zijn indrukwekkend palmares.

Begin mei 1988 liet hij bij Blauw Wit de laatste landstitel bij de mannen achter, na een 21-20 zege bij Aalsmeer. “Ik vind dat we niet zo goed gespeeld hebben,” opende hij stoïcijns na afloop het praatje met de Limburgse pers. Een aardige uitspraak voor een verliezend coach, niet voor een trainer die zojuist de landstitel heeft behaald. Maar zo is en was Cantelberg ten top.

Ook als bondscoach van de Nederlandse mannenploeg stak hij zijn kop vaak in de strop. Zette binnen de logge handbalbond veel zaken in beweging, met voor- en tegenstanders. Vormde een driemanschap met Piet Kivit en Pim Rietbroek om de boel bij Oranje draaiend te houden. Gekibbel in de rest van Nederland alom. Maar op het veld eindigde hij steevast met een, voor die tijd, unieke prestatie.

Zoals in 1979 toen hij Oranje in Barcelona in de mondiale B-groep wist te behouden. Een stunt van jewelste. “We werkten met bescheiden middelen,” blikt hij terug op dat moment. Dan blijkt Cantelberg op zijn best en perst hij alle energie uit zijn lijf maar ook uit dat van zijn spelers. “Handbal heeft me geen windeieren gelegd. Heb een goed netwerk kunnen opbouwen waar ik na mijn handbalcarrière dankbaar van heb kunnen profiteren. Nee, ik heb geen al te domme dingen gedaan,” meldt de trotse opa van tien kleinkinderen. “Slim zijn en terugdenken aan alle positieve dingen. De negatieve zaken benoemen doen anderen wel voor je!”

Als een van de drie directeuren van DATA4 – Information Tecnology met grote klanten als  SABIC, VodafoneZiggo, CBS, gemeenten, ziekenhuizen en zorginstellinge is hij mede verantwoordelijk voor het Data4 Service Delivery Center in Maastricht Airport en een groot aantal gedetacheerde medewerkers bij klanten door heel Nederland.  Daarnaast runnen ze ook no geen tweede bedrijf, IX Networks dat zorgt voor verbindingen en security.

“Mijn twee collega-directeuren Caspert van Delft en Gianni Serreli waren ten tijde van de BFC-fusie als ICT-er gedetacheerd bij de politie in Utrecht. ‘Wat dat bedrijf kan, kunnen wij beter,’ opperden zij. Dus trokken ze de stoute schoenen aan en begonnen stap voor stap met opbouwen van een eigen bedrijf. Een jaar later sloot ik aan en nu staat DATA4 al meer dan 20 jaar succesvol in de markt.”

Trots toont hij tijdens een korte rondgang de afdelingen die op een drietal etages elke dag keihard sleutelen aan het beheer van kantoorautomatisering van klanten. “We doen dit op locatie - local support in vaktaal, legt Cantelberg uit - maar ook vanaf deze kantoorplek,” licht hij als een ervaren ICT-er, met behoorlijk wat Engelse termen in zijn vocabulaire, toe. “Veel inzicht heb ik me eigen moeten maken,” erkent de voormalig docent lichamelijke opvoeding. “Je kunt dus alles leren!” Naast sponsor van de Limburgse Handbal Dagen is DATA4 ook hoofsponsor van het tweedaags damestoernooi in Beek, eind augustus, begin september.

Cantelberg staat en stond bekend als een gedreven persoon, een harde werker. Een eigen mening ook, vaak niet dezelfde als de mensen om hem heen. Met name binnen het NHV werd er vaak met een schuin oog naar die ‘lastige’ Cantelberg gekeken als hij weer eens zijn ideeën door probeerde te drijven. Dat schuurde wel eens. “Heb het voorstel van de play offs ingevoerd als bondscoach. Overlegde met de Belgische voorzitter Piet Moons al in de jaren tachtig al over een competitie tussen Belgische en Nederlandse ploegen. Spelers die niet tot het uiterste willen gaan, hadden met mij een probleem,” liet hij vaak genoeg in de media optekenen. Achteraf moest iedereen eerlijk toegeven dat de ideeën en werkwijze van de Geleendenaar nog lang niet zo slecht waren.

Even haalt hij een voorval in herinnering dat de vaderlandse handbalwereld nog maar eens wakker schudde. In 1979, als toenmalig trainer van Sittardia, moest hij op bezoek bij Blauw Wit. “Ik had wat blessures en een paar vervelende afmeldingen in mijn ploeg,” legt hij uit. “Bert Bouwer trainde toen de A-junioren. Ik vroeg hem of zijn cirkelspeler mocht ‘lenen’. Dat was in orde.” In die bewuste wedstrijd gooide hij, zonder schroom, de pas 17-jarige en volledig onbekende Lambert Schuurs voor de blauwwitte leeuwen. Op de cirkel. Niemand had ooit van deze robuuste knaap gehoord. Na die wedstrijd wel. “Vijf ballen, vijf doelpunten!” geniet hij nu, bijna 40 jaar later, nog na.

Dagelijks is Cantelberg op kantoor of bij klanten bezig met DATA4 en IX Networks. De jaren beginnen ook bij hem te tellen. Dat weerhoudt hem niet om een van zijn grote hobby’s, golf, wekelijks te spelen in Voerendaal. Thuis vraagt de grote tuin nogal wat onderhoud, lezen kan hij ook uren mee bezig zijn. “Ruim 25 jaar al ga ik met mijn vrouw Emmy jaarlijks richting Californië voor een welverdiende vakantie. Samen genieten, zo lang het nog kan!”

Handbal heeft de laatste drukke jaren duidelijk wat in zijn belangstelling afgenomen. Maar hij is blij dat hij dit werk nog allemaal aan kan.  “Dit bedrijf runnen is ook topsport. Je moet presteren, anders ben je verloren.”

Topwedstrijden volg t hij nog wel via de Lions. “De tijd ontbreekt om meer te doen,” geeft hij aan. “Sport in het algemeen heeft en blijft mijn grote interesse. Met name de weekenden staan in het teken van ons gezin, de kinderen en kleinkinderen. Als ze er allemaal zijn, voelen Emmy en ik ons trotse grootouders!”

Deel dit bericht